Deuren in de woning

Verschenen op 17/10/2014 in de rubriek Interieur -> Binneninrichting

Buitendeuren
De meest voorkomende buitendeuren zijn vervaardigd van hout. Andere materialen die voor buitendeuren in woningen worden toegepast zijn: kunststof en metaal, staal en aluminium, en af en toe
brons. In tegenstelling tot bijvoorbeeld in winkels, worden gehard glazen deuren zonder randwerk in woningen alleen toegepast als binnendeur.
Het is logisch dat aan buitendeuren redelijk hoge eisen worden gesteld. Ze staan immers bloot aan grote temperatuurverschillen: binnen moeten ze soms meer dan 20°C verdragen, en buiten soms temperaturen die onder het vriespunt liggen. Ook hebben ze te lijden onder wind en regen. Een goede buitendeur bestaat daarom uit massief hout of een degelijke sandwichconstructie. Deze laatste moet je overigens niet verwarren met een simpele constructie van gefineerd plaatmateriaal met een kern van kartonvulling. Een dergelijke deur is meer bedoeld als binnendeur. Voor buiten is hij veel te kwetsbaar, zelfs in een portiek. Bovendien is de verlijming niet bestand tegen hoge vochtconcentraties.
De kwaliteit van een houten buitendeur wordt bepaald door de houtsoort, de verlijming, het materiaal van de kern en de afwerking (bescherming) van het oppervlak. De levensduur is mede afhankelijk van het onderhoud, de kwaliteit van het hang- en sluitwerk, en de plaats waar de deur is gesitueerd. Blootstelling aan zon, wind en regen eist meer van een deur dan wanneer deze beschermd is door een portaal of portiek, luifel of balkon.

Deuren op een rijtje
Het begrip buitendeur heeft te maken met de plaats van de deur in de gevel. Buitendeuren zijn: voordeuren, achterdeuren, tuindeuren, balkondeuren, en garagedeuren. Daarnaast heeft het te maken met het uiterlijk: vlakke deur, paneeldeur, glasdeur of glazen deur.

  • De buitendeur wordt in een kozijn gehangen. Sommige fabrikanten leveren daar een bijpassend kozijn bij. De deur wordt afgehangen aan scharnieren; deze kant is de hangzijde. Het slot vergrendelt de deur aan de sluitzijde. De deur wordt in de sponning van het kozijn geplaatst. Om ook de scharnieren binnen dit vlak te houden, is meestal een scharnierhol ingefreesd.
  • Niet-massieve deuren hebben meestal een slotversteviging: het slot kan in de holle ruimte niet voldoende bevestigd worden en daarom is op de plaats van het slot een massief houten blok geplaatst, waarin de ruimte voor het slot is uitgespaard.
  • Om regenwater te beletten langs een naar binnen draaiende deur te sijpelen, is op de deur een weldorpel aangebracht. Het water loopt hierdoor voorbij de onderdorpel op de stoep en niet binnenshuis.
  • Een glasdeur is meestal voorzien van glaslatten. Om inbraak te voorkomen zijn deze glaslatten aan de binnenzijde aangebracht. Twee openslaande deuren naast elkaar zonder tussenstijl, worden voorzien van stolpnaalden. De sluiting vindt plaats door middel van een espagnolet.

De draairichting
Buitendeuren draaien meestal naar buiten open. Hoewel sommige deursystemen, voorzien van een uitstekende afdichting, naar binnen opengaan. Een voordeur draait altijd naar binnen open. Wat logisch is, want anders zou degene die aanbelt de opendraaiende deur tegen zijn hoofd krijgen. Bovendien kan een voordeur pal aan de openbare weg grenzen en dan is een naar buiten draaiende deur simpelweg niet toegestaan. Daarom moet je bij de aanschaf van een buitendeur de draairichting opgeven. Ook omdat de leverancier moet weten aan welke kant hij het slotgat of slot moet aanbrengen. Hiervoor zijn internationale normen opgesteld met als aanduiding L1 en RH; L1 en R2. De aanduiding kan ook luiden: links- of rechts-sluitend of naar buiten draaiend. Een deur is rechtssluitend als deze bij het sluiten met de klok meedraait.

Materiaal van de deur
Massieve deuren komen voor in drie uitvoeringen: in massief hout, in plaatmateriaal met een massieve kern en in hardhout-multiplex zonder fineer. De massief houten uitvoering is over het algemeen
van hardhout; het plaatmateriaal is fineer van hardhoutsoorten, gelijmd op kookvast berken multiplex. Een massieve houten deur kan uitgevoerd zijn als glasdeur met een randwerk van houten stijlen en dorpels. De verbindingen van deze onderdelen onderling, bestaan uit een 'blinde' pen-engatconstructie of uit deuvels. Ze zijn watervast verlijmd of met weerbestendige en vochtwerende kunsthars geïmpregneerd. De borstwering bestaat uit een aantal houten delen of schroten.
Ook 'dichte' deuren kunnen van massief hout zijn vervaardigd, bestaande uit aaneengesloten delen of brede planken, waarvan het oppervlak doorgaans fraai is bewerkt. Vlakke buitendeuren kunnen een kern hebben van multiplex of van houtspaanderplaat. Ze hebben rondom een strook hardhout, eventueel met slotversteviging. Naast een bekleding van multiplex of fineer kan deze bestaan uit kunststof(folie) of metaal.

Levensduur van de deur
De uiteindelijke levensduur van een houten buitendeur hangt samen met de gekozen houtsoort, de gebruikte afwerklagen en het onderhoud. Hout is onderverdeeld in duurzaamheidsklassen. Uitgaande van een perfecte verduurzaming en regelmatig onderhoud zijn de klassen zo samengesteld:
klasse I: zeer duurzaam, levensduur onbeperkt;
klasse II: duurzaam, levensduur onbeperkt;
klasse III: matig duurzaam, levensduur onbeperkt;
klasse IV: weinig duurzaam, levensduur tientallen jaren;
klasse V: zeer weinig duurzaam, levensduur 15-20 jaar.

Beglazing
Wat betreft de beglazing gaan we uit van isolerende beglazing: dubbelglas dus. Dubbelglas bestaat uit twee glasbladen die tot één geheel zijn samengevoegd, met daartussen een vochtvrije met lucht of gas gevulde spouw. Voor deze beglazing kunnen vrijwel alle glassoorten worden toegepast. De sponningdiepte en de plaatsing van het glas is van essentieel belang.